loading

Doelgroepvermindering voor de eerste aanwervingen

Hoe zit dat juist?

Bent u klaar voor de volgende stap en gaat u een eerste werknemer aanwerven? Dan heeft u recht op een doelgroepvermindering. Maar wist u dat wanneer u een tweede en derde werknemer in dienst neemt, u hier ook recht op heeft?

 We vatten de belangrijkste zaken voor u samen!

Een eerste werknemer

Als werkgever in de privésector geniet u voor de eerste medewerker van een vrijstelling van de patronale basisbijdragen voor de sociale zekerheid van 3.100 euro, en dit voor onbepaalde duur.

Om van deze doelgroepvermindering te kunnen genieten gelden twee  belangrijke voorwaarden:

  • U mag als werkgever nog niet onderworpen geweest zijn aan de sociale zekerheid ( vóór de indienstneming).
  • Ook mag u niemand tewerkgesteld hebben 12 maanden voordat u iemand in dienst neemt. 

Echter, hierop gelden een aantal uitzonderingen:

    • jongeren tot 31 december van het jaar dat ze 18 worden
    • leerlingen die duaal leren
    • dienstboden
    • gelegenheidsarbeiders in de land- en tuinbouwsector
    • gelegenheidswerknemers in de horeca en flexijob medewerkers
    • verenigingswerkers in de socioculturele sector en sport
    • werknemers die niet onder de socialezekerheidswet van 1969 vallen (bv. jobstudenten met solidariteitsbijdragen, IBO-contracten, vrijwilligers, bepaalde stagiairs)

Tussenkomst in de administratiekosten

Sluit u zich als nieuwe werkgever aan bij een erkend sociaal secretariaat? Dan kan u een tussenkomst in administratiekosten aanvragen, ten belope van € 36,45 voor de kwartalen dat u een doelgroepvermindering voor een eerste werknemer aanvraagt.

Een tweede en derde werknemer 

Voor de tweede werknemer geniet u 13 kwartalen lang van een korting via de RSZ-vermindering. In totaal bedraagt deze 13.750 euro (1.550 euro gedurende vijf kwartalen, 1.050 euro gedurende vier kwartalen en 450 euro gedurende de volgende vier kwartalen). U heeft een referteperiode van 20 kwartalen om deze verminderingen toe te passen. Het startmoment is het kwartaal van indienstname.

Voor de derde werknemer bedraagt de maximale RSZ-vermindering 11.250 euro ( 1.050 euro gedurende negen kwartalen en 450 euro gedurende vier kwartalen). Ook hier bedraagt de referteperiode 20 kwartalen en is het startmoment het kwartaal van indienstname.

Voorwaarden

  • In de vier kwartalen voordat u de tweede (derde)werknemer aanwerft, mag u niet meer dan één (twee) werknemer(s) in dienst hebben gehad.
  • De tweede (derde) werknemer mag geen werknemer vervangen die in de loop van de  twaalf maanden voorafgaand aan de indienstneming in dezelfde technische bedrijfseenheid werkzaam is geweest. Het moet dus gaan om een persoon die u extra tewerkstelt. Goed om hierbij te weten is dat u elk kwartaal kan kiezen voor welke werknemer u een vermindering toepast. Het is best mogelijk dat de werknemer die oorspronkelijk het recht opende, niet meer in dienst is.
  • U kan deze verminderingen niet combineren met andere verminderingen, wel met de structurele vermindering en de Sociale Maribel (niet van toepassing voor werkgevers aangesloten bij PC336).

Aanvragen

Er is geen procedure voorzien voor de betrokken werkgever. De toepassing wordt eenvoudigweg gevraagd door het vermelden van de correcte verminderingscode op de driemaandelijkse DmfA-aangifte.

Wat met meerdere entiteiten? 

Als uw onderneming uit meerdere entiteiten bestaat, bestaan er regels voor het bepalen voor de ranginname van een eerste, tweede, … medewerker en dit zowel binnen de simultane als de historische technische bedrijfseenheid.

Meer gedetailleerde informatie hierover kan u hier terugvinden.

Samengevat


Maximale vermindering*/kwartaal

Looptijd

1e aanwerving

3.100 euro

 

Onbeperkt in de tijd

2e aanwerving

13.750 euro in totaal:

1.550 euro

1.050 euro

450 euro

 

Max. 5 kwartalen

 Max. 4 volgende kwartalen

Max. 4 volgende kwartalen

3e aanwerving

11.250 euro in totaal:

1.050 euro

450 euro

  

Max. 9 kwartalen

Max 4 volgende kwartalen

*Het maximale bedrag geldt voor maximale kwartaalprestaties (80% of meer). Bij kwartaalprestaties van minder dan 80% wordt de vermindering beperkt.